Paragrafen

Paragraaf B. Weerstandsvermogen en risicobeheer

Financiële kerngetallen

In het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) is voorgeschreven dat gemeenten een basisset van vijf financiële kengetallen opnemen in de programmabegroting en programmaverantwoording. De kengetallen zijn afgeleiden van bestaande informatie en genereren geen ‘nieuwe’ informatie. De kengetallen moeten het de gemeenteraad gemakkelijker maken om inzicht te krijgen in de financiële positie van de gemeente en het vergelijken met andere gemeenten gemakkelijker maken. De kengetallen drukken een verhouding uit die zichtbaar is op de balans en de jaarrekening.  
Door het BBV is geen norm vastgesteld waarmee de uitkomsten van de vijf kengetallen vergeleken moeten worden. In de toelichting op de regeling is opgenomen dat deze beoordeling van de financiële positie is voorbehouden aan het horizontale controle- en verantwoordingsproces. Met andere woorden: gemeenten zijn zelf verantwoordelijk voor de interpretatie van hun financiële positie. Een afzonderlijk kengetal zegt niet alles en moet altijd in relatie worden gezien en beoordeeld in samenhang met andere kengetallen. De hoogte van de schulden moet bijvoorbeeld in samenhang gezien worden met de hoogte van het eigen vermogen (ratio solvabiliteit) en de hoogte van de structurele baten (ratio structurele exploitatieruimte).  
De uitkomsten van de kengetallen zijn daarnaast ook van belang voor de provinciale toezichthouder om zijn oordeel over de financiële positie van de gemeente op te baseren.
In onderstaand overzicht zijn de kengetallen voor Venray opgenomen. Tevens zijn ter vergelijking opgenomen het landelijk gemiddelde voor gemeenten met 20.000 – 50.000 inwoners. Deze percentages zijn afkomstig van de site ‘waar staat je gemeente’. De jaarrekeningcijfers over het jaar 2021 van andere gemeenten zijn natuurlijk nog niet bekend. De percentages voor gemeenten 20.000 – 50.000 zijn daarom gebaseerd op de jaarrekeningen 2020. Daarnaast is een vergelijking gemaakt met de signaleringswaarden volgens het Gemeenschappelijk Financieel Toezichtskader 2020 van de  provincie Limburg.

Financiële kengetallen

Jaarrekening

Gemeenten 20.000 - 50.000 inwoners o.b.v. rekening 2020

Rek. '21 tov 100.000+ gemeenten: categorie

100.000+ gemeenten

2017

2018

2019

2020

2021

Netto schuldquote

56%

61%

61%

56%

51%

48%

A

Cat. A: < 90%
Cat. B: 90 - 130%
Cat. C: > 130%

Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen

45%

47%

48%

44%

40%

42%

A

Cat. A: < 90%
Cat. B: 90 - 130%
Cat. C: > 130%

Solvabiliteitsratio

27%

30%

30%

30%

32%

36%

B

Cat. A: > 50%
Cat. B: 20 - 50%
Cat. C: < 20%

Structurele exploitatieruimte

5%

7%

1%

2%

6%

2%

A

Cat. A: > 0%
Cat. B: = 0%
Cat. C: < 0%

Grondexploitatie

7%

6%

0%

-1%

-2%

10%

A

Cat. A: < 20%
Cat. B: 20 - 35%
Cat. C: > 35%

Belastingcapaciteit

94%

94%

93%

98%

101%

105%

B

Cat. A: < 95%
Cat. B: 95 - 105%
Cat. C: > 105%

  • Netto schuldquote.

Geeft inzicht in het niveau van de schuldenlast van de gemeente ten opzichte van het totaal van de inkomsten (exclusief mutatie reserves). De hoogte van de inkomsten bepaalt namelijk in belangrijke mate hoeveel schulden een gemeente kan dragen. Een schuldquote tussen 0% en 100% wordt als gangbaar beschouwd. Voor een gemeente geldt als indicatie voor een zeer hoge schuld indien deze schuldquote boven de 130% uitkomt. Dus hoe lager het percentage hoe beter.
De netto schuldquote van 51% is ten opzichte van de jaarrekening 2020 verbeterd. De schuldquote ligt iets hoger dan het gemiddelde van de Nederlandse gemeenten in de grootteklasse 20.000 – 50.000 inwoners (gebaseerd op jaarrekeningen 2020) en in categorie A volgens de signaleringswaarden van de provincie Limburg.
Een hoge netto schuldquote hoeft op zichzelf geen probleem te zijn. Of als dat wel het geval is, valt dit niet direct af te leiden uit de netto schuldquote zelf, maar hangt af van meerdere factoren. Zo kan een hoge schuld worden veroorzaakt doordat er leningen zijn afgesloten en die gelden vervolgens worden doorgeleend aan bijvoorbeeld woningbouwcorporaties die op hun beurt weer jaarlijks aflossen. In dat geval hoeft een hoge schuld geen probleem te zijn.
Om inzicht te verkrijgen in hoeverre er sprake is van doorlenen wordt de netto schuldquote zowel in- als exclusief doorgeleende gelden weergegeven (netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen).

  • Netto schuldquote, gecorrigeerd met verstrekte leningen.

In dit onderdeel worden de doorgeleende leningen in mindering gebracht op de totale leningen.
De netto schuldquote exclusief de doorgeleende leningen van 40% ligt vanzelfsprekend lager dan de eerder gepresenteerde netto schuldquote. De netto schuldquote exclusief de doorgeleende leningen is ten opzichte van de jaarrekening 2020 ook iets verbeterd. Zichtbaar is dat deze schuldquote net onder het gemiddelde van de Nederlandse gemeenten in de grootteklasse 20.000 – 50.000 inwoners (gebaseerd op jaarrekeningen 2020) ligt. De quote ligt ook ruim onder de signaleringswaarde van 90% en dus in categorie A volgens de signaleringswaarden van de provincie Limburg.

  • Solvabiliteit.

Geeft inzicht in de mate waarin de gemeente in staat is aan haar financiële verplichtingen te voldoen (weerbaarheid). De solvabiliteitsratio is het eigen vermogen als percentage van het balanstotaal. Het eigen vermogen van een gemeente bestaat uit de reserves (zowel de algemene reserve als de bestemmingsreserves). Gangbaar is dat de ratio van een gemeente zich tussen 20% en 70% bevindt. Hoe hoger de ratio hoe beter de weerbaarheid van de gemeente is.
De solvabiliteitsratio van 32% is ten opzichte van de jaarrekening 2020 iets verbeterd. De ratio is lager dan het gemiddelde van de Nederlandse gemeenten in de grootteklasse 20.000 – 50.000 inwoners (gebaseerd op jaarrekeningen 2020) en categorie B volgens de signaleringswaarden van de provincie Limburg.
Door uw raad is bepaald dat onze weerstandsratio minimaal 1 moet zijn en de minimumgrens van de weerstandscapaciteit € 12 mln. is. Uit de voorliggende paragraaf (onderdeel weerstandsvermogen) blijkt dat onze weerstandsratio voor 2021 ruim boven de 1 ligt. Dit betekent dat de geïnventariseerde  risico’s meer dan voldoende zijn afgedekt en dat de weerstandscapaciteit ruim boven minimumgrens ligt.

  • Structurele exploitatieruimte.

Dit kengetal geeft aan hoe groot de structurele vrije ruimte is om de structurele lasten te kunnen dragen. Daarnaast geeft dit kengetal ook aan of de gemeente in staat is structurele tegenvallers op te vangen dan wel of er nog ruimte is voor nieuw beleid. Hoe hoger het kengetal hoe beter.
De structurele exploitatieruimte wordt bepaald door het saldo van de structurele baten en lasten en het saldo van de structurele onttrekkingen en toevoegingen aan reserves gedeeld door de totale baten en uitgedrukt in een percentage.
De structurele exploitatieruimte is 6% en is ten opzichte van de jaarrekening 2020 verbeterd en bevindt zich boven aan het gemiddelde van de Nederlandse gemeenten in de grootteklasse 20.000 – 50.000 inwoners (gebaseerd op de jaarrekeningen 2020). Het percentage van 6% ligt ook boven de signaleringswaarde en dus in categorie A volgens de signaleringswaarden van de provincie Limburg.

  • Grondexploitatie.

Geeft weer hoe de waarde van de grond (grondpositie) zich verhoudt tot de totale (geraamde) baten (exclusief mutatie reserves). Voor de berekening van dit kengetal worden de bouwgronden in exploitatie bij elkaar opgeteld en gedeeld door de totale (geraamde) baten. Hoe lager het percentage hoe minder risico er wordt gelopen.
Het kengetal grondexploitatie is -2%. Dit komt omdat er per 31 december 2021 sprake is van een negatieve boekwaarde bouwgrondexploitaties. De totale boekwaarde van de gronden in exploitatie is gedaald met € 1,2 mln.. Dit komt enerzijds door de hogere gerealiseerde opbrengsten dan kosten bij de meeste projecten. Met name door de voorspoedige grondverkopen in project Aan den Heuvel (€ 4 mln.) zijn de opbrengsten zo hoog, maar ook bij de projecten Ysselsteyn fase 2, Oirlo zuid-oost en Castenray waren de grondopbrengsten hoog. Daarentegen zijn er bij project ’t Brukske juist grote investeringen gedaan in de openbare ruimte waardoor de boekwaarde voor dat project met € 2 mln. is gestegen. Voor een nadere toelichting per project verwijzen wij u naar de paragraaf Grondbeleid.
Zichtbaar is dat Venray zich ruim onder het gemiddelde van de Nederlandse gemeenten bevindt in de grootteklasse 20.000 – 50.000 inwoners (gebaseerd op de jaarrekeningen 2020 ) en in categorie A volgens de signaleringswaarden van de provincie Limburg. De grondpositie vormt dan ook een verwaarloosbaar deel van de totale baten. Bij gemeenten waar dit verhoudingspercentage fors hoger is, kan dit duiden op een forse grondvoorraad waarover de gemeente mogelijk een risico loopt.  

  • Belastingcapaciteit.

Dit kengetal geeft inzicht hoe de belastingdruk in de gemeente Venray zich verhoudt ten opzichte van het landelijk gemiddelde. Uitgangspunt zijn de woonlasten meerpersoonshuishouden van het voorafgaande jaar.
De uitkomst van het kengetal belastingcapaciteit is 101% en bevindt zich onder het gemiddelde van de Nederlandse gemeenten in de grootteklasse 20.000 – 50.000 inwoners (gebaseerd op de jaarrekeningen 2020). Volgens de signaleringswaarden van de provincie Limburg is sprake van categorie B.
Conclusie financiële kengetallen:
Ten opzichte van de signaleringswaarden van de provincie Limburg is, met uitzondering van de solvabiliteitsratio en belastingcapaciteit, sprake van een indeling in de hoogste categorie A. Dit komt overeen met het beeld in de jaarrekeningen van voorgaande jaren. Ten aanzien van de solvabiliteit is de ratio iets verbeterd. De weerstandscapaciteit is goed te noemen en ligt ook ruim boven de door uw raad gestelde minimumwaarden.  
De uitkomsten van de financiële kengetallen zijn dan ook goed te noemen.

Deze pagina is gebouwd op 06/30/2022 08:22:36 met de export van 06/29/2022 15:54:58